Gluten, lactose, tarwe, fructose, noten, tomaat, cacao, sinaasappelsap of schaaldieren zijn de meest voorkomende voedselintoleranties. Maar hoe komt het dat iedereen er sinds enkele jaren wel één lijkt te hebben? Hoe ontstaat zo’n intolerantie precies? En kun je er iets aan doen? Wij vroegen het aan voedingsexperte en diëtiste Christine Tobback.
‘Een voedselintolerantie is niet hetzelfde als een allergie’, aldus Christine Tobback. ‘Bij een allergie maakt ons lichaam antistoffen aan en dat zorgt voor een reactie. Bij een klassieke allergie zoals voor pollen, huisstofmuit of huisdieren krijg men binnen het uur symptomen. Bij andere allergieën kunnen de symptomen pas later optreden en is het dus moeilijker om oorzaak en gevolg te koppelen. Bij een voedselallergie gaan die antistoffen waarover ik het zonet had een binding aan met een voedingsmiddel, wat leidt tot allerlei reacties in ons lichaam. Een intolerantie is echter moeilijker waar te nemen in het bloed omdat er geen antistoffen te vinden zijn. Daarom spreekt men soms ook van een pseudo-allergie. Ook hier kunnen zowel acute als laattijdige reacties opduiken.’
Histamine als boosdoener
‘Meestal is histamine de grote boosdoener bij een intolerantie. Histamine is een stof die vrijkomt uit bepaalde cellen – de mestcellen of mastocyten – die overal in ons lichaam zitten, van de huid tot de darmen, de longen en zelfs de hersenen. Als die cellen geprikkeld worden, reageert ons lichaam. Histamine kan op zich geen kwaad, de stof wordt verwerkt in onze lever en darmen en zorgt voor de maagzuurproductie die we nodig hebben bij de vertering. Als de hoeveelheid histamine echter te groot is, krijgen onze lever en darmen de stof niet verwerkt en ontwikkelen we klachten.’
‘Een teveel aan histamine lokt heel wat reacties uit in ons lichaam. Zo gaan gladde spieren verkrampen. Gebeurt dat in de darmen, dan krijg je buikpijn, diarree of prikkelbare darmen. Gebeurt dat in de longen, dan krijg je last van astma of kortademigheid. Het kan ook bloedvaten doen uitzetten, wat zorgt voor een lage bloeddruk, duizeligheid, hoofdpijn of gewichtsschommelingen. Histamine zal altijd de zwakke plekken van het lichaam aanvallen, zoals een hernia, lumbago, spierscheur of peesontsteking, die daardoor meer pijn gaan doen. De mestcellen die histamine vrijgeven kunnen bovendien extra geprikkeld worden door bepaalde voedingsmiddelen én er zijn ook voedingswaren die zelf histamine bevatten, zoals onder andere yoghurt, kaas, bier, brood, wijn en azijn. Ben je gevoelig aan histamine? Dan is het belangrijk om voeding te vermijden die histamine bevat of die histamine doet vrijkomen uit de mestcellen.’
De invloed van leeftijd en stress
‘Leeftijd speelt een belangrijke rol bij voedselovergevoeligheid. Hoe ouder we worden, hoe moeilijker ons lichaam het heeft om bepaalde stoffen te verwerken. Daarom ontwikkelen oudere mensen bijvoorbeeld vaker een intolerantie aan eiwitten. De eiwitten uit ons voedsel moeten namelijk verteerd worden door maagzuur. Gebeurt dat niet, dan komen ze in de darmen terecht waar ze worden omgezet in onder andere ammoniak en histamine, die op hun beurt onze lever overbelasten. Oudere mensen hebben vaak een tekort aan maagzuur of nemen langdurig maagzuurremmers die hun vertering verstoren en ontwikkelen zo een eiwitintolerantie.’
‘Een voedselintolerantie put de voorraad vitaminen en mineralen in onze lichaam uit. We krijgen dan tekorten aan stoffen die belangrijk zijn voor onze immuniteit en we worden gevoeliger voor klachten tijdens infecties. Dat is een van de redenen waarom senioren mogelijk vatbaarder zijn voor COVID-19. Zij verteren slecht en krijgen een eiwitintolerantie die op zijn beurt hun lichaam uitput waardoor ze vatbaarder zijn voor ziektes. De ene intolerantie kan bovendien aanleg geven tot een andere omdat je steeds meer tekorten ontwikkelt. We vergiftigen op dat moment ons eigen lichaam als we doorgaan met het eten van de verkeerde voeding, oftewel voeding waarvoor we intolerant zijn. Daarom kan iemand die de verkeerde voeding eet tijdens een griep of COVID-19-infectie daar soms weken – tot maandenlang last van hebben en uiteindelijk chronische vermoeidheid krijgen. Om daaruit te geraken, moet je stap voor stap die intoleranties aanpakken.’
‘Verder is stress een belangrijke en vaak onderschatte factor bij voedselintoleranties. Stress genereert CRH-hormoon dat de mestcellen prikkelt en een histaminereactie uitlokt. Maar ook andere factoren zoals hormonen, zware fysieke inspanningen, griep of een COVID-19-infectie hebben dit effect. Op zulke momenten heeft onze lever te veel werk en geen tijd meer om ook histamine te verwerken. Dan heb je een tijdelijke histamine-intolerantie. Als je op dat moment de verkeerde zaken eet, ontwikkel je klachten. Zo kan het zijn dat iemand op vakantie, zonder stress of ziekte, perfect alcohol kan verdragen, maar op een werkdag last heeft van hoofdpijn, jeuk, huiduitslag of een loopneus na het drinken van alcohol. Alcohol lokt namelijk zo’n histaminereactie uit.’
‘We kunnen onze weerstand echter ook verhogen om voedselintoleranties te voorkomen en klachten sterk te verminderen tijdens een infectie. Dan haat het niet alleen over gezond eten, maar ook over het vermijden van stress en voldoende sporten, dus niet te veel en niet te weinig beweging.’
Kies voor koude olie
‘Een heel goed hulpmiddel bij verschillende intoleranties, waaronder histamine, is het gebruik van vetstoffen zoals boter of koude olie. De stoffen die histamine vrijgeven worden dan trager opgenomen in de darmen en dat geeft de lever meer tijd om te verwerken. Het is hetzelfde principe als frietjes of een vettige maaltijd eten voor je stevig op café gaat. Dat geldt trouwens ook voor lactose of fructose. Als onze bacteriën die stoffen niet kunnen opnemen, zetten bacteriën in onze darm ze om naar gassen en zuren en krijg je last van winderigheid. Dan kunnen koude vetten helpen om dat proces te onderdrukken. Vet is namelijk de vijand van suiker. Met koude vetten bedoelen we niet verhitte olijfolie of koolzaadolie en dergelijke. Dus geen verhit vet zoals in croissants, pizza’s of bij het bakken. Voor het bakken kies je het best rijstolie want die kan beter tegen verhitting.’
Zijn er nu meer intoleranties?
‘Steeds meer mensen krijgen te maken met intoleranties en komt niet enkel omdat we ze beter herkennen. We eten zo weinig mogelijk vet en volgen gemakkelijk eenzijdige diëten. Deze diëten zijn niet per se slecht, maar ze moeten van kortstondige duur zijn. Want hoe gevarieerder we eten, hoe diverser onze darmflora is en hoe beter we alle stoffen kunnen opnemen. Dus een eiwitrijk, koolhydraatarm, vetarm of ander eenzijdig dieet kan op langere termijn aanleiding geven tot het ontwikkelen van een minder goede darmflora. Vaak komen we dan achteraf weer meer bij of voelen we ons nog slechter dan voor het dieet. Wissel dus voldoende af tussen én binnen de verschillende voedingsgroepen. Varieer met fruit, granen, dierlijke en plantaardige melkproducten, magere en vette vis en verschillende groentesoorten.’
‘We eten ook meer en meer bewerkte voeding met bewaarmiddelen, kleurstoffen en suikers. Daardoor herkennen we niet meer op welke stoffen we precies reageren en krijgen we te maken met een chronisch klachtenpatroon. Ons voedingspatroon is er een van overdaad geworden. Combineer dat met stress en het is logisch dat we vaker symptomen zien zoals hoofdpijn, migraine, prikkelbare darm, reuma, gewichtsproblemen, mentale klachten en allerlei allergische reacties.’
Hoe herken je een voedselintolerantie?
‘Om te weten of je een voedselintolerantie hebt, ga je langs bij een arts of diëtist. Zij kunnen een lactose – of fructose – ademtest voorstellen. In samenspraak stel je een voedingsplan op en schrap je dan tijdelijk bepaalde voeding, bijvoorbeeld lactose of voeding rijk aan histamine, om te achterhalen of de klachten verdwijnen. Als je klachten verdwenen zijn, kan je bij het herinlassen van een voedingsmiddel makkelijker herkennen waarop je precies gevoelig reageert.’
‘Patiënten leren vaak bewuster met voeding om te gaan en keuzes te maken, maar soms kunnen supplementen nodig zijn om de spijsvertering te ondersteunen en zo de intolerantie weg te werken. Ze eten voortaan bijvoorbeeld een beetje chocolade, maar dan in combinatie met een tas cafeïnevrije koffie in plaats van een tas gewone koffie. Of ze gebruiken stevia in plaats van suiker in hun yoghurt. Zo zijn ze meer gemotiveerd om hun voedingsgewoontes aan te passen en heeft het aangepaste eetpatroon het gewenste effect. Wie langdurig met lichamelijke klachten rondloopt, kan dus maar beter zijn of haar voedingsgewoontes eens grondig onder de loep nemen.’
(Tekst door Emily Van Campenhout)