Ongeveer één op drie Belgische mannen krijgt kanker voor zijn 75ste(*). Onder hen ook Florian Ceulemans (31), wiens leven in 2019 helemaal werd omgegooid.
‘In juli 2019 voelde ik op een avond een knobbeltje in mijn rechter teelbal. Ik ben verpleegkundige in het Universitair Ziekenhuis in Antwerpen en stuurde meteen een bericht naar een bevriende assistent-arts. De volgende dag werd er een echo genomen. Daaruit bleek dat het knobbeltje zo goed als zeker kwaadaardig was. Diezelfde namiddag werd de teelbal weggenomen. Aangezien er geen uitzaaiingen waren, kreeg ik geen bestraling of chemo. Statistisch gezien was er ook maar 10% kans dat ik later nog uitzaaiingen zou krijgen. Voortaan moest ik elk half jaar op controle bij de uroloog.’
‘Twee jaar lang ging het goed. Toen ik in de zomer van 2021 opnieuw op controle moest, meldde mijn uroloog me dat ze op de laatste scan opnieuw iets gezien hadden. Ik had een klier in mijn buik, ter hoogte van mijn nieren, die vergroot was. Blijkbaar komt dat wel vaker voor bij patiënten met teelbalkanker. Ik had het deze keer écht niet zien aankomen. Meer zelfs: normaal zou ik twee weken later met een vriend naar Compostela fietsen. Alles was al geregeld. We zouden een maand weg zijn, onze vriendinnen en mijn zoon zouden ons volgen met de camper … Maar dat kon allemaal helaas niet doorgaan. De diagnose kwam hard aan. Mijn vriendin en ik hadden op dat ogenblik een zoon van anderhalf jaar én we verwachtten ons tweede kindje. Er kwam dus heel veel ineens op ons af.’
‘Deze keer kreeg ik wel chemo, en dat zes weken lang. Ik doorliep twee cycli van drie weken. De eerste week moest ik telkens zes dagen naar het ziekenhuis, waarvan ik er vijf chemo kreeg. De twee weken die volgden moest ik telkens op maandag naar het ziekenhuis. Normaal moest ik drie cycli doorlopen, maar omdat de klier in kwestie na de tweede keer al verschrompeld was en omdat ik door de chemo enorm veel last kreeg van tinnitus – een bekende bijwerking – beslisten mijn artsen om de chemo stop te zetten. Dat deden ze uiteraard niet zomaar. Recente onderzoeken wezen immers uit dat de kans op genezing ook na twee cycli heel groot is.’
‘Mijn laatste chemokuur dateert van eind augustus. Sindsdien moet ik om de drie maanden op controle. Dat doe ik met een minder gerust hart dan vroeger. (denkt even na) Weet je, in het algemeen voel ik me best goed, maar ik krijg regelmatig kleine signalen die erop wijzen dat mijn lichaam het de voorbije jaren zwaar te verduren kreeg. Zo ging ik in december terug aan het werk. Ik begon parttime. Toen ik in januari voltijds aan de slag wou gaan, gaf mijn lichaam aan er nog niet klaar voor te zijn. Sindsdien doe ik het opnieuw rustiger aan. Kanker is niet niks en ik moet mezelf de kans geven om hélemaal te recupereren.’
(*) Bron: kanker.be