Wijn wordt al vele jaren met veel passie gemaakt door echte wijnkenners die hun unieke recepten willen laten integreren in de kleurvolle wereld van de wijnen. Maar wist je dat je ook zelf wijn kunt maken? Voor veel mensen is het maken van je eigen wijntje een droom die ze al lang willen verwezenlijken. Helaas worden veel mensen afgeschrikt door de gedachte dat het maken van een goede wijn alleen voor echte wijnkenners is erg gelegd. Dit is waar en niet waar. Uiteraard is een redelijke bekendheid met wijn van dergelijk belang als je zelf wijn wilt gaan maken. Maar het is niet zo gecompliceerd als je zelf denkt. Een goede rode of witte wijn kun je met de juiste hulpmiddelen en receptuur zelf maken. Uiteraard ligt het ook aan de wijnsoort hoe gecompliceerd het proces zal zijn.
Wat heb je nodig om zelf wijn te kunnen maken
Om zelf wijn te maken moet je wel in het bezit zijn van verschillende materialen en ingrediënten. Deze materialen zijn te koop bij vele slijterijen, supermarkten of andere groothandels. De volgende materialen zijn nodig om een goede wijn te kunnen maken: Een pers, een gistingvat, meetapparatuur, een mandfles, een waterslot, een overhevelingslang, een bottelmechanisme, kurken en natuurlijk wijnflessen. Daarnaast heb je de volgende ingrediënten nodig om wijn te maken: Druiven, suiker, droge gist, water, gistvoedingszout, sulfiet en reinigingsmiddel. Met deze materialen en ingrediënten staat niets je nog in de weg om met het wijnproces te beginnen.
Het wijnproces
Nu je alle ingrediënten en materialen klaar hebt staan kun je verder met de volgende stap en dat is het maken van de wijn. Als allereerste zorg je voor een goede voorbereiding. Je zorgt dat alle materialen en ingrediënten klaar liggen en je zorgt voor een goede hygiëne. Nu gaan we verder met de tweede stap en dat is de druiven fijn stampen en de eerste ingrediënten toe voegen. Doe je druiven los in een plastic emmer en dan stamp je de druiven fijn.
Nu voeg je een klein beetje sulfiet en vloeibare pecto enzyme toe. Nu laat je de druiven 12 uur rusten. Hierna ga je de druivenmost proeven om het alcohol gehalte te bepalen. Het algemene percentage ligt ongeveer op 12%. Om dit te bereiken moet je 1kg per 10 liter most toe voegen. Nu moeten we de most aan het gisten krijgen. Dit doen we door 2 tot 3 gram gistvoedingszout erbij te doen en de wijngist toe te voegen.
Nu roeren we goed door en laten we de wijn 48 uur verder gisten. Hierna is het mogelijk om meer suiker toe te voegen om de wijn lekker zoet te maken. Nu laten we de wijn 72 uur verder gisten. Nu gaan we de gist in een gistfles gieten en voegen we 250 gram aan suikerstroop toe. Na 3 weken tijd wordt de wijn al zichtbaarder en kun je deze overgieten in een andere gistfles. Voeg nu nog wat extra suikerstroop toe en nu kan je de wijn zo’n 3 maanden verder laten gisten.
Andere mogelijkheden na het wijnproces
Nu je wijn klaar is kun je er de volgende dingen mee doen:
- Je kunt de wijn gaan bottelen
- Je kunt de wijn aanbieden aan producenten
- Je kunt de wijn aanbevelen aan supermarkten of kleine slijterijen
- Je kunt heerlijke gerechten maken met je nieuwe wijn
Conclusie
Wijn maken is een lang proces dat de juiste aandacht, kennis en voorbereiding vergt. Zorg dat je alle materialen goed in huis hebt en dat je het wijnproces stap voor stap doorloopt. Met goede ingrediënten en de juiste materialen kan je wijn optimaal tot leven komen en gaat er niets aan de kwaliteit verloren. Een groot aspect van het maken van wijn is geduld hebben. Het gistingsproces doet het meeste werk voor je.
