Iedereen is wel eens verdrietig, maar soms is er meer nodig dan alleen een paar bemoedigende woorden. Dat is bijvoorbeeld het geval wanneer er iets ergs is voorgevallen zoals een plots overlijden of een scheiding.
Als je iemand echt wilt kunnen troosten, kan dat nog knap lastig zijn. Daarom lees je hieronder 8 nuttige tips die jou kunnen helpen om iemand echt te troosten.
1. Luisteren
Troosten begint bij luisteren. Heb oor voor wat de ander te vertellen heeft en luister goed naar het verhaal en het verdriet van deze persoon. Door te praten over verdriet kan de andere persoon vaak eenvoudiger zijn of haar verdriet verwerken.
Als je dus aandachtig luistert, dan kun je ook beter aanvoelen en vragen wat de ander nodig heeft van jou. Richt je dus volledig op de gevoelens van de ander en troost deze op de manier zoals hij of zij dat zelf graag zou willen.
2. Stel niet te veel vragen
Vragen stellen als iemand verdrietig is, is zeker goed om te ontdekken waar de kern van het verdriet ligt. Het is echter wel belangrijk dat je niet te veel vragen stelt. Het gaat om de gevoelens en het verdriet van de andere persoon dus zijn niet alle feiten even noodzakelijk op dat moment. Het draait dan voornamelijk om emoties.
Als de persoon in kwestie op een ander moment meer tot rust is gekomen, dan kun je altijd doorvragen.
3. Begin niet over jezelf
Een veel gemaakte fout bij het troosten van iemand is om gelijk je eigen ervaringen te vertellen. De zin: ‘Ik weet precies hoe je je voelt’ is dan ook niet verstandig om te gebruiken.
De persoon in kwestie zit op dat moment niet meteen op een soortgelijk verhaal van jou te wachten. Het draait nu even niet om jou, maar om het verdriet van de ander. Als de ander daar behoefte aan heeft kun je altijd later je verhaal nog vertellen.
4. Heb geen oordeel
Een andere fout die vaak gemaakt wordt bij dit soort momenten is het gelijk klaar hebben van een oordeel.
Als iemand bijvoorbeeld verdriet heeft om een relatie, maak de persoon waar het over gaat dan niet meteen zwart. Hou je eigen mening en vooral je oordeel voor je ook al wil je dat nog zo graag delen. Ook daar zit de persoon die je wilt troosten waarschijnlijk niet op te wachten.
Als om je mening gevraagd wordt, dan kun je die ook geven zonder daar een oordeel aan mee te geven.
5. Ik heb er geen woorden voor
Vaak als iemand intens verdrietig is, dan is het moeilijk om daar woorden aan te geven. Ook voor de personen om hem of haar.
Als je geen woorden hebt voor het verdriet van de ander, zeg dat dan ook gewoon. Geef aan dat je even niet weet wat je moet zeggen. Dat is fijn voor de ander om te weten.
Maak dan ook duidelijk dat hij of zij altijd zijn of haar verhaal aan jou kan vertellen.
6. Wacht met vrolijk doen
Je kunt het heel goed bedoelen en misschien vindt de persoon in kwestie je anders altijd heel grappig, maar probeer de ander niet gelijk op te vrolijken. Geef het verdriet de ruimte en praat erover. Beter nog, laat de ander praten over zijn of haar verdriet.
Probeer grapjes dus even achterwege te houden en zeg niet gelijk dingen als ‘het valt wel mee’, daar schiet de verdrietige persoon op dat moment niet veel mee op.
Het is belangrijk om verdriet de ruimte te geven omdat, dat ook onderdeel van het leven is. Als je niet weet hoe je daar mee om moet gaan, geef dat dan ook aan zoals eerder gezegd is.
7. Vraag wat de ander nodig heeft
Vraag aan de persoon die verdrietig is wat hij of zij nodig heeft en of je daarin kan ondersteunen.
Het is het beste om dat te vragen op een moment dat deze persoon iets minder verdrietig is. Op het hoogtepunt zal de wens waarschijnlijk zijn om de dierbare terug te krijgen of de relatie weer in orde te maken. Op dat soort zaken heb jij natuurlijk geen invloed.
Laat ook weten dat je er bent voor hem of haar. Stuur bijvoorbeeld in de avond even een berichtje of vraag de volgende ochtend hoe het gaat en of hij of zij een beetje heeft kunnen slapen.
8. Wees geduldig
Natuurlijk is het ook zeer belangrijk om geduldig te zijn. Als je iemand goed wilt kunnen troosten, dan moet je geduldig zijn en rustig naar het verhaal van de ander kunnen luisteren.
Vraag door, maar vraag niet te veel. Bied hulp aan, maar wees niet te opdringerig. Houd de gepaste afstand en wees geduldig.
